Oorpiercing
Van alle plekken waar men een piercing laat zetten, is en blijft het oor het populairst. Knopjes, ringetjes, groot of klein, in de oorlel of op een andere plek, het dragen van oorbellen wordt gezien als een mooie versiering die naar je eigen smaak aan te passen valt. Vandaag de dag is het heel normaal dat een meisje als kind al gaatjes krijgt, maar oorbellen hebben een lange geschiedenis. Dit artikel geeft een overzicht van verschillende soorten oorpiercings, en gaat wat dieper in op de gaatjes in de oorlellen. Ook kun je informatie vinden over de geschiedenis van oorpiercings.
Verschillende soorten oorpiercings
– Laten zetten
Oorlellen
– Laten zetten
Een lange geschiedenis
– Typisch voor vrouwen?
Verschillende soorten oorpiercings
Een sieraad in de oorlel is de meest bekende en gangbare oorpiercing, maar het oor bestaat uit veel verschillende stukjes kraakbeen met elk een andere naam. De meeste van deze stukjes kunnen goed gepiercet worden. Hieronder wordt een overzicht gegeven van de mogelijkheden.
- Helix
- Industrial
- Rook
- Daith
- Tragus
- Snug
- Conch
- Antitragus
- Oorlel
Laten zetten
Aangezien nummers 1 t/m 8 door een stuk kraakbeen worden gezet, moeten ze anders gezet en verzorgd worden dan de oorlelpiercing. Bij het schieten van deze piercings kan het kraakbeen versplinteren en daarmee problemen veroorzaken. Volgens de GGD mogen deze piercings dan alleen gezet worden door met de hand een naald door het kraakbeen heen te drukken. De piercing heeft vervolgens minimaal 3 maanden nodig om te genezen, al wordt er ook wel uitgegaan van 6 of zelfs 9 maanden. Kijk voor meer informatie over de exacte werkwijze naar ons artikel over de eerste piercing. We hebben ook artikelen met meer informatie over de tragus piercing en de helixpiercing. Meer informatie over de oorlel lees je hieronder.
Oorlellen
Laten zetten
In eerste instantie krijg je een knopje in je oor. Deze is makkelijker schoon te houden en geeft minder kans op problemen dan een ringetje. Na de genezing van 6 tot 8 weken kun je de oorbel vervangen. Bij elke juwelier of piercingshop zijn er leuke oorbellen te koop, en er zijn ook veel webshops. Er bestaat kort na de genezing nog wel een kans dat het gaatje dichtgroeit als je een paar dagen geen oorbel draagt. Dit duurt nog ongeveer een half jaar.
Het is mogelijk om meerdere gaatjes in een oorlel te laten prikken. Dit kan op hetzelfde moment, of een gaatje kan er later bij geprikt worden. Vaak wordt er in één gaatje een ringetje gedragen en in het andere gaatje een knopje. Het is uiteindelijk vooral belangrijk om te doen wat je zelf mooi vindt.
Een lange geschiedenis
Het dragen van oorbellen gebeurde al vele duizenden jaren voor Christus. De oudste mummie die ooit gevonden is, Ötzi de ijsman, had gaatjes in zijn oren. Ook in veel graven van Egyptische Farao’s zijn oorbellen gevonden. Zelfs in de bijbel staan veel referenties naar oorbellen.
Vroeger werden de sieraden vooral gebruikt om rijkdom en status aan te geven. In eerste instantie droeg men oorbellen om aan te geven dat ze rijk waren, maar in de tijd van de slavernij werden oorbellen soms ook gebruikt bij slaven. Gaatjes in de oorlellen worden ook gebruikt voor spirituele en rituele doeleinden. Zo gebruiken de Fulani, een volk uit Afrika, oorpiercings om levensfasen aan te geven.
In de westerse wereld is de oorbel afwisselend wel en niet in de mode geweest. Het werd minder een statussymbool en meer een versiering van het oor. Aangezien men in de Middeleeuwen veel pruiken en grote hoeden droegen, had het dragen van oorbellen weinig zin. In de 16de eeuw steeg de populariteit van de oorbel. De mensen die voldoende geld hadden, zowel mannen als vrouwen, gingen weer oorbellen dragen. Ze kwamen echter ook in trek bij zeelieden. Als ze stierven op zee en later teruggevonden werden, moest de oorbel dienen als betaling voor hun begrafenis.
De oorbel is later weer een tijdje uit de mode geweest, mede dankzij de uitvinding van de clipoorbel aan het begin van de 20ste eeuw. Deze oorbel kon je dragen zonder dat je daarvoor gaatjes hoefde te hebben. De oorbel werd toen een typisch sieraad voor vrouwen. Na de tweede wereldoorlog kwam het laten maken van gaatjes weer in de mode. Jonge vrouwen hielden zelfs piercing feestjes waar ze bij elkaar gaatjes maakten. Dit is bijvoorbeeld te zien in de bekende musical Grease. Vanaf de jaren ’70 kon het ook bij een juwelier, en sindsdien is het een onderdeel geworden van onze cultuur.
In de jaren ’90 is men gaan experimenteren met piercings op andere plekken, om te kijken wat er mogelijk is. Veel hedendaagse piercings komen uit die tijd, zo ook de verschillende oorpiercings. Doordat piercings in het oor door kraakbeen gezet worden, zijn er in die tijd ook nieuwe piercingtechnieken ontwikkeld die veiliger zijn. Deze technieken worden vandaag de dag nog gebruikt.
Typisch voor vrouwen?
Vroeger werden oorbellen door zowel mannen als vrouwen gedragen, maar samen met het dragen van een ketting, armband of ring, wordt het vaak als iets typisch vrouwelijks gezien. Het klopt dat het voornamelijk vrouwen zijn die gaatjes laten prikken, maar er zijn ook typische mannelijke trends. Waar vrouwen vaak in beide oren een oorbel hebben, laten mannen maar in één oor een gaatje prikken. In het algemeen dragen zowel mannen als vrouwen een klein knopje of ringetje, maar het dragen van grote oorbellen is iets typisch vrouwelijks.
Een vrij nieuwe trend is het oprekken van de oorlellen. Dit wordt ook wel stretching genoemd. Het wordt bij zowel mannen als vrouwen gezien, maar meer bij mannen. Hierbij wordt het gaatje langzaam maar zeker stukje bij beetje opgerekt door er een steeds iets dikkere piercing in te zetten. Er zijn stammen waar de oorlellen tot voorbij de schouders worden opgerekt, maar in de westerse wereld worden de gaten vaak niet groter gemaakt dan twee centimeter. Artiest en tatoeëerder Ben Saunders (die ook regelmatig bij Dutch Ink komt tatoeëren!) is een voorbeeld van iemand met een opgerekte oorlel. Zanger Chester Bennington heeft beide oorlellen op laten rekken.
